Urs Pfannenmüller

Periferie, een installatie

De Toussaintkade 55 was als het ware de natuurlijke biotoop voor deze installatie. Niet alleen de ruimte zelf, maar ook de entourage eromheen. Via een tunnel in de gevelwand van de Toussaintkade komt men op een rommelige binnenplaats. Verzonken rails, metalen rijplaten en een schoorsteenpijp vormen aanwijzingen voor een industrieel verleden. De entree en het gebouw zijn een voorbeeld van het soort perifere enclaves in de stad waar Urs Pfannenmüller een voorliefde voor heeft.

Het hart van de installatie bevond zich in het midden van de ruimte. Tussen twee rijen pilaren hing een gesloten vorm die deed denken aan een omgekeerde metrobuis (een halve ellips). Via een sluis kon de bezoeker in het binnenste van de tunnel komen. De installatie was gebouwd met kenmerkende Urs-materialen zoals kartonnen dozen, houten latjes van allerlei formaat en metalen rekjes. De constructie had veel weg van bidonville-architectuur. De materialen waren divers van vorm en grootte, maar de structuur van het hele bouwwerk was helder. De installatie was opgebouwd uit zich steeds herhalende segmenten, die echter allemaal net iets anders waren. Binnenin lagen voorwerpen en schilderijen uit het atelier van de kunstenaar.

De installatie riep herinneringen op aan ander ruimtelijk werk dat Urs eerder maakte. Bij het project De Ideale Plaats (1993) werkte hij in de kelder van het gebouw van het HCAK in Den Haag. Hij bouwde er met oliedrums en houten palen een brugconstructie die de bovenzalen stutte. Een verwant werk is ook de verticaal opgebouwde installatie Gelaagde Stad (1995). Vlak onder een maquette van een woud met kantoortorens bevindt zich een sloppenwijkje.

In de Toussaintkade had Pfannenmüller alle ruimte om te tonen wat hem bezighield. Al sinds het vroegste werk in de jaren '70 lijkt de drijfveer van zijn kunstenaarschap een combinatie van onbehagen en verlangen. Onbehagen over het hier en nu en verlangen naar elders. De kunst laat een afspiegeling zien van wat 'elders' zou kunnen zijn. Kunst is voor hem veel meer dan een vak. Het is een manier van een leven, misschien wel een manier van overleven.

In dit licht bezien is periferie een belangrijk begrip. Het zegt iets over zijn manier van kijken en denken. Periferie kan letterlijk worden opgevat als een stedelijke enclave die aan de aandacht van wethouders en stedenbouwers is ontsnapt. Of een plek waar ze de controle over zijn kwijtgeraakt. De stad kent veel dergelijke plaatsen waar zich los van elkaar allerlei processen afspelen die niet gepland zijn en waarvan de uitkomst ongewis is. Soms zijn het vrijplaatsen waar de natuur welig tiert; soms zijn het plekken met een overvloed aan menselijke activiteit maar zonder plan of stroomlijning. Het begrip periferie is ook van toepassing op de voorwerpen die Urs schildert en in de installaties verwerkt. Hun rol in de wereld van het 'nut' is uitgespeeld. Ze stonden op de nominatie voor het grofvuil totdat de kunstenaar hen vond. Als deze onbeduidende objecten een rol krijgen in een kunstwerk verschuiven ze van de periferie naar het centrum van ons blikveld. In de context van het werk stijgen ze boven zichzelf uit en geven vorm aan een overtuigende compositie.

Toch verwijst het begrip periferie niet alleen naar een vergeten plek of een haveloos voorwerp. De begrippen centrum en periferie staan ook voor verschillende manieren van denken en kijken. Wat in de optiek van het centrum geldt als een voorbeeld van eigentijdse planning en vormgeving is met een perifere blik beklemmend en geestdodend. Wat in het centrum voor chaotisch en lelijk doorgaat, kan met een perifere blik uiterst boeiend en ontroerend zijn.

Voor Urs Pfannenmüller is de periferie een omgeving waar hij zichzelf kan zijn en in artistieke vrijheid kan werken. Hij zoekt naar plekken zonder voorgeprogrammeerde hiërarchie van betekenis en schoonheid. De zeldzame locaties waar vormgeving en stadsplanning geen greep op hebben gekregen, laten een amalgaam van beelden en betekenissen zien. Dat zijn de plekken waar hij een voorliefde voor heeft. De installatie Periferie toonde de habitat van de kunstenaar.

Urs Pfannenmüller (1943, Basel) woont en werkt sinds 1971 in Den Haag.