Eelco van der Lingen

Films in een installatie

De technologische vooruitgang heeft het mogelijk gemaakt dat computer software een nieuw materiaal werd in de beeldende kunst. Die ontwikkeling ging hand in hand met de toenemende behoefte van de kunstenaar, om nieuwe manieren aan te wenden voor het produceren van kunstwerken.

Eelco van der Lingen (1971) is zo'n kunstenaar die van de computer en zijn software, het materiaal voor deze tentoonstelling heeft gemaakt. Op de academie richtte hij zich op de schilderkunst. Het is dan ook een voor de hand liggende vraag waarom hij een ander medium is gaan gebruiken.
Het antwoord: De letterlijke draagbaarheid van de hardware in vergelijking met het atelier, en van de software in vergelijking met het doek. De snelheid waarmee beelden kunnen worden geconstrueerd, gemanipuleerd en ingevoegd. Het gemak waarmee tijd kan worden gecreëerd en in een moment van spanning kan worden vastgehouden, roerloos of in beweging.
En tenslotte de mogelijkheid om de concrete ruimte van een installatie ouderwets te laten aandoen met verouderde computer hardware, die contrast en tegenstelling levert.

Met deze gedachten in het hoofd bracht Eelco van der Lingen drie films, 'Clash' (in samenwerking met Jacco Olivier), 'DELO' (met Délé Oriogun) en 'Thirst' een productie die hij alleen maakte. Bij alle contextuele verschillen is voor deze drie films hetzelfde medium gebruikt, de beeldmanipulatie op de computer.

'Clash' maakt een crossover van een schilderkunstig element. Dus in plaats van 'weg met het oude, er is iets nieuws' is er sprake van een 'verandering van het oude waardoor het nieuw wordt'. Schilderijen kunnen, voorbij de conventies van expositiemuren, bekeken worden op een TV-monitor.

'DELO' gaat over de positie van de seksen in een technologische wereld. De ouderwetse hardware die DELO heet is onderwerp en medium tegelijkertijd. Er zijn twee beelden: een projectie en een beeld op een monitor, die elkaar becommentariëren.

'Thirst' toont een dubieuze verheerlijking van de alcoholische roes.

Deze films werden gepresenteerd in een installatie die vrij bescheiden was ingericht. Op verschillende manieren en momenten verwees het werk naar elementen van zichzelf (een voorbeeld: de ruimte waarin de film gezien wordt, is dezelfde als die waarnaar men op die film kijkt).

Aan de tentoonstelling was ook de stomme Russische soap Ivan de Spitsboef toegevoegd van de cineasten Arianne Olthaar en Marjolijn van der Mey. Het is een luchthartige 8 mm-film met een onderliggende droevige geschiedenis. Hierbij zijn citaten uit bekende Russische literatuur gebruikt. De acteurs zijn Rob Knijn, Jeroen van der Velden, Eelco van der Lingen en de filmmakers zelf.

Clash
regie: Jacco Olivier en Eelco van der Lingen
met: Arianne Olthaar en Marjolijn van der Mey
met dank aan: Rijksacademie Amsterdam

Thirst
regie: Eelco van der Lingen
met: Eelco van der Lingen, Tomec Serzynski, Arianne Olthaar, Marjolijn van der Mey, Délé Oriogun, Jeroen van der Velden, Anne-Marie van den Berg

DELO
regie: Délé Oriogun en Eelco van der Lingen
met: Philippien Noordam
met dank aan: de Haagse Hogeschool en Middlesex University London

Ivan de Spitsboef
regie: Arianne Olthaar en Marjolijn van der Mey
met: Eelco van der Lingen, Rob Knijn, Arianne Olthaar, Marjolijn van der Mey, Jeroen van der Velden en Linda Defort